Toen ik in mijn masterjaren aan het Lemmensinstituut studeerde, gaf ik reeds enkele jaren gitaarles aan de academie. Daardoor koos ik als onderwerp voor mijn thesis “Pop versus klassiek”over de verwachting en motivatie van de leerlingen uit het DKO (Deeltijds KunstOnderwijs). Ik kreeg het idee dat weinig leerlingen weten over de ‘klassieke gitaar’ en wat deze lessen inhouden. Of dat ook echt zo is onderzocht ik aan de hand van enquetes van alle gitaarleerlingen van 1 academie, leerkrachten gitaar van verschillende academies en enkele interviews met directeurs. Een samenvatting uit het besluit van mijn thesisonderzoek: “Uit de enquêtes is naar voor gekomen dat de gitaarleerlingen inderdaad verwachten bekende liederen en akkoorden te leren spelen. De leerkrachten en directeurs zijn zich hier bewust van en de meeste leerkrachten passen zich aan aan de wensen van hun leerlingen, wanneer deze binnen de grenzen liggen van wat kan binnen de klassieke richting. Studenten hogere studies gitaar z ijn het meestal eens over het feit dat het als leerkracht gitaar een verrijkingis om ook een beetje thuis te zijn in de popmuziek. Zij zien dit als voordeel voor hun taak als leraar in het deeltijds kunstonderwijs.” Ondertussen geef ik reeds 9 jaar les aan het deeltijds kunstonderwijs en gaan mijn eerste leerlingen hun eindexamen afleggen. De vraag “juf wanneer leren we akkoorden?” ga ik niet langer uit de weg. Ik vind dat akkoordenleer moet opgenomen worden in het klassiek gitaarspel, het staat trouwens ook in het minimumleerplan. Akkoordenleer helpt de leerlingen inzicht krijgen in de structuur van de muziek. Heel veel (pop)muziek is opgebouwd volgens het I – IV-V principe <in een toonaard spreken we van 7 toontrappen (I tot VII), bij elke toontrap hoort een akkoord (bijvoorbeeld Do groot I=C, IV=F ,V=G)>. Zo geef ik aan de leerlingen bijvoorbeeld de oefening: kies een toonaard, neem de Iste, IVde en Vde trap en componeer 8 maten. Hierdoor lerenze ‘spelen’ met deze componenten, ze leren hun grepen nemen en wordt hun creativiteit getriggerd. Dan laat ik ze zelf een popnummer opzoeken met deze akkoorden, het spelen van deze begeleiding wordt al een stuk eenvoudiger. Maar daar stopt het niet, in de klassieke gitaarliteratuur wordt ook alles opgebouwd volgens een akkoordenschema. Wanneer de leerlingen hun akkoorden kennen, gaat het sneller om bijvoorbeeld een akkoordletter E te lezen dan 6 noten boven elkaar, dit verhoogt de snelheid in zichtlezing. Nadat ze de toonaard bepaald hebben van hun klassiek werk, weten ze welke akkoorden er zowiezo zullen in voor komen (I-IV-V) en zien ze beter de opbouwende structuur. Ten slotte speel je meer in op de verwachtingen van de leerlingen (“ik wil akkoorden leren”) waardoor ze meer gemotiveerd zijn om te studeren voor hun instrument. Plus door de link te leggen akkoordenschema in popmuziek = +/- structuur klassiek werk, wordt hun interesse gewekt in de muziekstijl waar ze nog onbekend mee zijn.
1 Comment
|
WelkomVia deze blog deel ik met jullie mijn ervaringen van mijn groeiproces als mens, muzikant, leraar en lichaamsgericht therapeute. Categorieën
All
|